De dag is nabij
De Bijbel spreekt regelmatig over de dag van de Heer, of kortweg die dag en het uur. Daarmee wordt het moment bedoeld waarop de “menselijke geschiedenis” eindigt en Gods Koninkrijk op aarde begint. Of eigenlijk moeten we zeggen: openbaar wordt, zichtbaar voor alle mensen; want in zekere zin bestaat dit Koninkrijk al. De gemeente van Jezus Christus is in de ideaaltoestand namelijk de afspiegeling daarvan. Daar zou tenminste Gods wil op aarde gedaan moeten worden, net als door de engelen in de hemel.
Deze dag heeft in de Bijbel vaak nadere aanduidingen. Zoals: de dag van het heil, de dag van de verlossing, de dag van het oordeel, de dag van de toorn, de dag van de bezoeking, de dag van de Mensenzoon, de dag van (onze Here Jezus) Christus, de dag van de Here, de dag van (de almachtige) God, de jongste dag. Hiermee worden niet verschillende dagen bedoeld, maar één en dezelfde.
Deze dag is het sluitstuk van heel Gods heilsplan en heilswerk op aarde. Het plan heeft definitief doorgang gevonden door het volmaakte offer van Zijn Zoon Jezus Christus. Sinds zijn opstanding en hemelvaart leven we in “de laatste dagen”, de tijd vóór “de dag”. Al die tijd hebben gelovigen gebeden: “Uw Koninkrijk kome, Uw wil geschiede op aarde” – al bijna 2000 jaar. De apostel Petrus waarschuwde al dat er mensen zouden zijn die dat geduld niet konden opbrengen, en spottend zeggen: “Waar is de belofte van zijn komst? Want vanaf de dag dat de vaderen ontslapen zijn, blijven alle dingen zoals vanaf het begin van de schepping” (2 Petrus 3:4 HSV).
Wie op de hoogte is van de profetieën over “de dag” in het Oude en het Nieuwe Testament, zal inzien dat het toneel van de grote veranderingen die gaan komen op aarde bijna in gereedheid is en dat “de dag” nu inderdaad heel dichtbij gekomen is. Dat het gebed “Uw Koninkrijk kome” spoedig verhoord zal worden. Het belangrijkste teken dat de gelovigen is gegeven, is de terugkeer van Israël naar eigen land, nu alweer 70 jaar geleden.